Ovenschotel met asperges, ham en eitjes

Het aspergeseizoen loopt bijna ten einde! Voor zij die het nog niet wisten, het stopt traditiegetrouw op 24 juni met Sint Jan, de geboortedag van Johannes De Doper. Natuurlijk groeien de planten nadien gewoon door, maar zo kunnen ze genoeg rusten en kracht opdoen voor volgend jaar.

De traditionele aspergerecepten hebben we nu wel uitgebreid gemaakt, dus ik had eens zin in iets nieuws, iets anders, zonder afbreuk te doen aan de heerlijke groente. Zo kwam ik op het idee om van een traditioneel gerecht een variant te maken. Wij zijn gek op ovenschotels, dus was de stap snel gemaakt: asperges in witte saus met peterselie, ham en eitjes, gegratineerd in de oven.

Wat heb je nodig voor 4 personen?

  • een kilo aardappelen (geschild)
  • 2 bussels asperges van 500g
  • 400g hamreepjes of -blokjes
  • 4 hardgekookte eitjes
  • 2 eetlepels kookvocht van de asperges
  • 4 dl melk voor de saus en wat extra voor de puree
  • 1 el bloem
  • een handvol gehakte of 2 el gedroogde peterselie
  • nootmuskaat
  • peper & zout
  • boter voor de saus en puree
  • parmezaan of broodkruim voor de afwerking

Kook de aardappelen tot ze gaar zijn en maak er puree van. Zorg dat de puree niet te droog is, dus voeg wat melk en eventueel een klontje boter toe. Schil de asperges van kop naar punt en snij ze in stukjes van ongeveer 3 à 4 cm. Breng ze op een zacht vuurtje aan de kook in een grote pot met heel veel water (licht gezouten). Van zodra het water kookt zet je het vuur af en laat je de asperges rusten in het water voor zo’n 5 à 10 minuten, afhankelijk van de dikte van de asperges. 

Klaar om in de oven te schuiven!

Smelt een flinke klont boter in een sauspannetje op een medium vuur en voeg 1 eetlepel bloem toe. Meng de bloem goed met de boter en laat kort even bakken om de bloemsmaak weg te laten trekken. Voeg een soeplepel van het kookvocht van de asperges toe. Blijf heel goed roeren zodat je geen klonters krijgt! Wanneer de saus indikt voeg je mondjesmaat en al roerend nog een soeplepel kookvocht toe. Daarna schakel je over op de melk. Werk af met wat nootmuskaat, peper en zout. Meng de gehakte of gedroogde peterselie onder de saus en voeg ook de hamreepjes of -blokjes toe.

Verwarm je oven voor op 180 graden en vet een grote ovenschotel in (neem een die hoog genoeg is). Hierin doe je de puree met daarbovenop het aspergemengsel. Snij de hardgekookte eitjes in twee en druk deze tussen de asperges tot ze ongeveer op hetzelfde niveau zitten. Bestrooi alles met geraspte parmezaan of broodkruim (eventueel kan je hier nog wat gedroogde peterselie onder mengen om de korst een mooi effect te geven) en bak in de oven voor 30 minuten.

Je kan bij deze ovenschotel eventueel nog een slaatje serveren, maar hij vult goed, en ondanks dat het een ovenschotel is, is dit een perfect lentegerechtje! Laat het smaken 😉 wij hebben alleszins lekker gesmuld!

Neem ook eens een kijkje op mijn Instagram en Facebook, en volg mij voor meer leuke posts over food en momlife! 😉Tag me zeker als je een van mijn gerechtjes klaarmaakt, ik ben benieuwd naar jullie creaties!

Lenteslaatje met asperges

Wanneer het lente is vliegen de asperge-recepten je om de oren. Je kan er dan ook zoveel heerlijke gerechten mee maken! Traditioneel loopt het asperge-seizoen tot 24 juni, Sint Jan. We hebben dus nog wel even om van deze lekkernij te genieten 🙂

Stel dat je toch eens een overschotje hebt van asperges – go figure, right? 😀 – dan kan je er dit heerlijke slaatje voor op de boterham mee maken!

Wat heb je nodig?

  • 150g gekookte asperges
  • 150g gekookte hamreepjes
  • 1 el (al dan niet light) mayonaise
  • 1 handje groene kruiden naar keuze: dille, peterselie, bieslook, lente-ui…
  • peper & zout

Laat de asperges goed uitlekken en snij ze in stukjes van ongeveer 2 à 3 cm. Hak de groene kruiden fijn. Meng alle ingrediënten samen en kruid af met peper en zout. Als je minder dan 150g overschot had van je asperges, zorg dan dat de hoeveelheid hesp ongeveer evenveel is als je asperges en dan komt het goed 🙂

Een lekker en easy peasy lenteslaatje met asperges voor op toast, een stukje Frans brood, of als basis voor een slaatje. Ook heerlijk om op tafel te zetten bij een brunch!

Tips:
– In plaats van mayonaise kan je ook magere platte kaas (kwark) gebruiken, of een mengeling van beide. Zo krijg je op een supermakkelijke manier een extra portie eiwitten binnen!
– Ook lekker met een hardgekookt eitje erbij.

Neem ook eens een kijkje op mijn Instagram en Facebook, en volg mij voor meer leuke posts over food en momlife! 😉Tag me zeker als je een van mijn gerechtjes klaarmaakt, ik ben benieuwd naar jullie creaties!

Klassieker: witloof in hesp en kaassaus

Ken je klassiekers, en wat voor een! Dit is veruit een van mijn lievelingsgerechten. #pizzaislife enzo, maar als het echt goed klaargemaakt is, dan stoot witloof in hesp & kaassaus die pizza toch van zijn troon 🙂

Alles staat of valt met de kwaliteit van de producten en van jouw bereiding. Iedereen kan dit gerecht maken, maar als je er de nodige zorg insteekt dan wordt deze klassieker gewoon echt een topgerecht! Lopende saus waar je de kaas niet in proeft, bittere witloof, droge puree, nee, dat willen we natuurlijk niet. Heerlijk romige patatjes met een stevige kaassaus en zachte, zoete witloof, zo wil je dit! Dit is een royaal gerecht en dat moet je geweten hebben.

Wat heb je nodig voor 2 personen?

  • 4 dikke stronken witloof van ongeveer dezelfde grootte
  • 400g loskokende aardappelen
  • 4 tot 8 sneetjes ham, afhankelijk van de grootte
  • 50g bakboter
  • 15g bloem
  • 1 liter halfvolle melk: 75cl voor de saus, 25cl voor de puree
  • 150g geraspte Emmentaler: 100g voor de kaassaus, 50g om te gratineren
  • 100g grana padano
  • zout
  • nootmuskaat
  • 1 el kokosolie

Begin met je witloof te kuisen en snij het het hartje onderaan uit de stronk. Zorg dat je niet te diep snijdt zodat de bladeren niet uiteen vallen. Dit kleine hartje wil je er wel uitsnijden want dit is net het gedeelte dat de witloof zo bitter laat smaken. Zeker voorzichtig weghalen dus! Stoom daarna de witloof tot hij bijna gaar is en laat uitlekken.

Ondertussen schil je de aardappelen, was ze goed en breng ze aan de kook. Giet ze af van zodra ze goed gaar zijn, voeg wat zout en nootmuskaat toe, een scheutje melk (25cl) en maak er puree van. Werk af door een eetlepel kokosolie door de puree te mengen, dit maakt hem lekker romig.

Voor de kaassaus maak je een bechamelsaus als basis. Laat de bakboter smelten en voeg een flinke eetlepel bloem toe. Laat de bloem kort even meebakken zodat de bloemsmaak eruit kan trekken. Daarna voeg je de melk toe in scheutjes, blijf goed roeren zodat je saus zeker niet aanbakt of klonters vormt. Telkens de saus goed ingedikt is, kan je een extra scheutje melk toevoegen. Wanneer de bechamelsaus klaar is, voeg je de kazen toe. Kruid af met zout en nootmuskaat.

Nu is het tijd om het witloof in te pakken. Leg 2 sneetjes ham half overlappend op elkaar (tenzij je grote lappen hebt, dan is 1 sneetje voldoende) en rol een stronk witloof erin op. Doe dit voor alle witloof. Leg ze naast elkaar in een ovenschotel en bedekt met de kaassaus. Strooi de extra kaas bovenop om de schotel lekker te laten gratineren. Zet in een voorverwarmde oven op 200 graden en laat 30 tot 40 minuten bakken, tot er een lekker korstje bovenop ligt.

De puree kan je ook mee gratineren in de oven, maar zorg dan dat hij zeker romig genoeg is zodat hij niet uitdroogt. Je kan hem samen met het witloof in de oven zetten, ze hebben beiden ongeveer even lang nodig om te gratineren.

Een echt wintergerechtje, maar laten we eerlijk zijn, dit smaakt altijd, toch?!

Tips:
– Wanneer ik puree maak, snij ik mijn aardappelen in dikke schijven. Zo zijn ze sneller klaar. Let wel op dat je ze niet te lang laat doorkoken want dan vallen ze uiteen en wordt de puree waterig. Van zodra ze gaar zijn moet je ze ook meteen afgieten.
– De kaassaus kan je ook maken met kokosolie in plaats van bakboter. Kokosolie verbrandt minder snel wanneer je hem laat smelten en heeft als extra voordeel dat het de smaak van de saus niet aantast, zoals bijvoorbeeld olijfolie wel kan doen.
– Wanneer je merkt dat je te weinig saus gaat hebben, blijf dan melk toevoegen, ook al dikt je saus niet meer goed in. Door de kazen toe te voegen zal hij de gewenste dikte krijgen. Je kan als dat nodig is altijd nog wat extra bloem toevoegen, maar doe dit in kleine hoeveelheden, door een fijn zeefje en al roerend zodat je geen klonters krijgt.

Neem ook eens een kijkje op mijn Instagram en Facebook, en volg mij voor meer leuke posts over food en momlife! 😉